Een korte geschiedenis van onze "Steenberg" of "Maria-Gewanden"
Op deze pagina vindt u verhalen uit het verleden plaatsen. De redactie staat niet in voor de juistheid van de inhoud, maar vindt het interessant uw eigen geschiedenis hier te publiceren.


Boek over onze wijk

geschiedenis0

Wilt U meer weten over de geschiedenis van Maria-Gewanden?
In 2008 is een boek over Maria-Gewanden uitgekomen in de reeks "Buurten in Heerlen", met de titel: 'Maria-Gewanden / Terschuren vroeger...'.

Vele (oud) buurtbewoners hebben voor dit boek een bijdrage geleverd in de vorm van oude foto's en verhalen.
Dit alles is samengevat en geschreven door Jo Brassé, die ook verantwoordelijk was voor deel I en II van het boek 'Hoensbroek, een terugblik'.
De redactie was samengesteld door Roelof Braad van Rijckheyt, Paul Borger van de Heemkundevereniging Hoensbroek, en Jo Hermanns voor de Stichting Buurtbeheer Maria-Gewanden.
Het is daarom dat het een voor de wijk Maria-Gewanden bijzonder document is geworden.

Van het boek is inmiddels de derde druk uit, en is verkrijgbaar bij The Readshop in de Kouvenderstraat in Hoensbroek.


Het is Maria-Gewanden!
Omdat de naam Maria-Gewanden op velerlei manieren geschreven wordt, waren wij op zoek naar de oorsprong en de juiste schrijfwijze van de naam. Dhr. R. Braad van Rijckheyt heeft daarover duidelijkheid verschaft.
De naam van onze buurt: Mariagewanden, Maria-Gewanden of Maria Gewanden???

Door Roelof Braad*

Veldnamen op oude kadastrale kaarten en in archiefstukken over de gronden in wat nu de buurt Maria-Gewanden heet, geven geen uitsluitsel over de schrijfwijze.

Bij een korte verkenning kan in de oude archieven de relatie van de ‘gewanden’ in dit stukje Hoensbroek met Maria niet direct worden aangetoond. Om er achter te komen waar de buurtnaam vandaan komt, moeten we heel goed naar de ontstaansgeschiedenis van de buurt kijken. De gronden waren zeker in de 16de eeuw al in gebruik als landbouwgrond. Veldnamen als ‘Huyser gewande’ geeft dit aan. ‘Gewande’ is afgeleid van op 18 december 1949 inwenden, keren, in de betekenis van (de grond) omkeren en duidt op het ploegen van de grond door de boer en het keren van de ploeg aan het eind van de akker. Meestal wordt ‘gewande’ in oude archieven vooral ook gebruikt voor grond dat een boer in pacht heeft.

Op oude kaarten en in registers komt in de 16de eeuw in het gebied van de huidige buurt een weg richting Vaesrade voor met de naam ‘Steenbergstraat’. Na de Eerste Wereldoorlog werd door de regering de bouw van woningwetwoningen in Hoensbroek stop gelegd, waardoor de Woningvereniging Hoensbroek geen arbeiderswoningen meer kon bouwen. De Staatsmijnen hadden echter behoefte aan huisvesting voor hun werknemers. Ze kochten grond in de buurt van Ter Schuren, rond de oude Steenbergstraat, op en bouwden er tussen 1919 en 1921 zo’n 400 noodwoningen. De woningen waren bedoeld om de mijnwerkers maximaal 10 tot 15 jaar onderdak te verschaffen, maar het werd veel en veel langer. Eerst in 1963 werd het hele complex door de gemeente van de Staatsmijnen overgenomen en werd gefaseerd met de sloop en de aanleg van een nieuwe buurt begonnen.

Logischerwijze werd de in 1921 gereedgekomen buurt genoemd naar de oude straat die er al lag en kreeg, mede vanwege de ligging op een berg, de naam ‘Steenberg’. Na de Tweede Wereldoorlog moest de zielzorg door bevolkingstoename worden uitgebreid. In 1945 kwam er een noodkerkje in ‘Steenberg’ en bij bisschoppelijk besluit van 3 april 1948 werd daarna de basis gelegd voor een nieuwe parochie met kerk en eigen parochiebestuur. De patrones van de parochie Hoensbroek-Steenberg werd O.L. Vrouw van Banneux, de maagd der armen. De kerk is op 19 juni 1949 al zover gereed dat het beeld van O.L. Vrouw van Banneux door de bisschop van Luik plechtig in een processie, waarbij ook de bisschop van Roermond aanwezig was, naar de kerk kon worden overgebracht. Officieel werd de kerk Steenberg gezegend.

De buurt had door de komst van een nieuwe parochie met als eerste herder pastoor J. Otten een wat betere naam nodig dan ‘Steenberg’. Ook de voormalige ‘Kloosterkolonie’ was van rectoraat naar parochie gepromoveerd en verlangde naar een betere buurtnaam. Uiteindelijk besloot de Gemeente Hoensbroek na veel aandringen van de pastoors en kerkbesturen van beide nieuwe parochies beide buurten naar Maria te vernoemen. De Kloosterkolonie werd Mariarade en Steenberg werd Maria-Gewanden. Het college van Burgemeester en Wethouders besloot daartoe op 31-5-1949.

De schrijfwijze in dit besluit is ‘Maria-Gewanden’. In de ambtelijke archieven na die datum komt de naam op verschillende manieren gespeld voor. De meest voorkomende spelling in de stukken van de Gemeente Hoensbroek voor 1981 is 'Mariagewanden'. Er is echter nooit een besluit genomen die de spelling van de buurtnaam wijzigde. In 1997 heeft het college van B&W van de Gemeente Heerlen bij besluit van 2 september 1997 een nieuwe buurtindeling vastgesteld. Het besluit lezende lees ik dat toen alleen de grenzen en indeling van de wijken, buurten en sub-buurten zijn vastgesteld en de buurtnamen uit het spraakgebruik zijn overgenomen. In de lijst van buurten staat daarin ‘Mariagewanden’ gespeld. Ik mag daarom concluderen dat de officiële spelling nog steeds de op 31-5-1949 vastgestelde naam ‘Maria-Gewanden’ is. Overeenkomstig geldt dat ook voor de op 28-6-1949 door de Gemeente Hoensbroek omgedoopte straat in "Maria-Gewandenstraat'.

image.png

* Roelof Braad is stadshistoricus van Heerlen en werkzaam bij Rijckheyt, centrum voor regionale geschiedenis in Heerlen.


Vaak wordt gevraagd waar deze foto gemaakt is:

Bij toeval hadden wij een foto van Basisschool de Vlieger die wel heel sterk leek op de oude foto.

Geschiedenis3

Dhr. Klaas Santing schrijft hierover het volgende:

Deze foto moet van na de Tweede Wereldoorlog zijn; dat zie je bijvoorbeeld aan de tv-antennes op de daken. De gerelateerde foto over de school aan dezelfde straat heeft niets te maken met de voormalige bebouwing van de Steenberg. De foto is gemaakt in de tijd kort voor de afbraak van de huizen aldaar. De wijk en de huizen gingen er vanwege die afbraakplannen steeds verder op achteruit omdat onderhoud van de woningen al sedert zeer vele jaren niet meer plaatsvond. Dan wordt het als vanzelfsprekend een armoedige aanblik. Ik ben in die wijk geboren en getogen in een huis dat niet groot was, maar voor die tijd wel modern met een WC met waterspoeling. Geen van de stenen nieuwbouw wijken in Hoensbroek van de twintiger en dertiger jaren had die luxe. De Steenberg had een naam, zoals andere wijken een denigrerende naam hadden voor de Steenbergers. Nog steeds merk ik dat het afgeven op buurten en haar bewoners niet geheel over is. Er zijn mooiere foto’s van de Steenberg die beter de sfeer weergeven van hoe de mensen daar woonden en leefden. Ook hoe door de staatsmijnen goed onderhoud aan deze houten huizen werd gepleegd.

Heeft U een andere mening? Stuur ons een mail naar: Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken.


Opmerkingen van sitebezoekers:

Meintje Zwerver schreef ons op 11 november 2021:

Bij het lezen van de commentaren springen bij mij ook weer de stoffige laatjes open. Ik ben geboren in 1956 in het huis van mijn opa en oma. Kolenboer Jan van der Meer en Meintje van der Meer-Oosterhuis. Hij was de laatste kolenboer die nog met paard en wagen reed. Toen het paard gestorven was kocht hij een vrachtwagen, waarin hij aanvankelijk reed zonder rijbewijs. Mijn oom Henk nam het later van hem over. Precies tegenover stond de dikke boom met grote wratten. Ik meen te weten dat er nog steeds een nakomeling van die boom op die plek te vinden is. De buren heetten Bos en woonden in 1 van de weinige stenen huizen.

Dhr. A. Fuchs schreef ons:

Blij verrast was ik toen ik deze site vond. Inmiddels heb ik ook het boek Maria-Gewanden Terschuren aangeschaft.
Als aanvulling kan ik vermelden dat mijn ouders op Steenbergstraat 86 hebben gewoond van 1937 tot 1952. Ik ben daar ook geboren. De heer Hoven schrijft dat er vanaf de Hermesweg familie Postma, Raukema en nog eens Raukema woonden. Daarnaast woonden wij, fam. Luesink en daarnaast fam. Timmerman(s). Ik heb daar tot mijn zesde jaar gewoond en kan me nog veel herinneren en hoor in mijn gedachten nog steeds de kolentreinen langsdenderen. Het was een mooie tijd. Ook met de foto,s in het boek ben ik heel blij.

Dhr. van Schijndel:

Hij meent dat de foto die gemaakt is met het huis dat er half opstaat rechts de hoek van de toenmalige Hubertusstraat is (nu Delstraat) en inderdaad de Hermesweg. Hij heeft toen gewoond in de Hubertusstraat, zijn huis staat net niet op de foto.

Dhr. K. A. Santing schreef ons het volgende:

Een aantal jaren na de oorlog woonde de familie Kersten in het huis met het wasgoed . Voorbij het tweeblok hogerop rechts, was de Corneliusstraat waar ik woonde en speelde met Jan Veldstra die in het tweede huis van de dubbele woning woonde. De foto waar Uw site mee begint geeft heel zeker huizen op de Hermesweg weer. Of het juist is dat deze foto uit 1930 stamt vind ik erg twijfelachtig, want dan zouden die woningen ongeveer 10 jaar oud zijn op dat moment. De haveloze toestand geeft meer een latere periode aan, bijvoorbeeld de oorlogsjaren en waarschijnlijk nog later. Voor en in de oorlog waren de lantaarnpalen voorzien van bovengrondse stroomdraden, die na de oorlog zijn vervangen door een ondergronds stroomnet.

Dhr. Piet Extra schreef ons het volgende:

Naar aanleiding van de opmerkingen van de HR.V schijndel de HR Santing, over de foto op de Hermesweg  weet ook nog een aanvulling te geven. Rechts op de foto, ik schat ongeveer 50mtr naar onder stond een bakstenen woning van de familie Bruinenberg dit was een melkboer, daarnaast woonde de fam: Hollander. Deze mensen waren bij het Leger des heils. De voordeur van deze familie was niet op de hermesweg maar in de St Jansstraat een dwarsstraatje v.d. Hermesweg, dit straatje liep haaks op de hermesweg ongeveer 50 mtr door en kwam dan door een haakse bocht op de Steenberstraat (mariagewandestraat) uit. Rechts v.d. basisschool bij de trap op de foto was de tuin v.d. fam: Postma hoek hermesweg en steebergstraat tegenover de school aan de andere kant v.d. Hermesweg was de Kleuterschool, waarin ook de noodkerk was.

Wij wisten niet dat de Hermesweg vroeger Pekweg genoemd werd, dhr. Hoven vertelt hierover in zijn bericht:

Mijn naam is Dhr CF. Hoven. 1952, wij woonden op de Maria-Gewandenstr 80. De namen die ik me daar nog van herinner: om te beginnen met de familie Postma op de hoek van de Hermesweg ook wel de Pekweg genoemd en de Maria-Gewandenstraat. Vervolgens familie Raukema, dan weer een familie Raukema. Dan onbekend, dan de familieVaatstra. Vervolgens familie Heddema, familie Hoven en dan op de hoek familie Hesse. Met de daar achterliggende straat de Hoekstraat familie Hollanders, dan familie Heibrink, familie Mierlo, Raukema, familie Boeresma, familie Gerritsen, familie Moonen. Daarna op hoek ome Cris en tante Marie en dan de familile Krawanj en dan ik dacht een kolenboer met kalkoenen in de tuin en een groot trekpaard. Het was voor mij een hele mooie tijd daar in die houten huisjes tussen 1953 en 1965.
Met vriendelijke groet,  Cees Hoven.


Voetbal op de Steenberg

Gedurende de 2e helft van de jaren 30 werd er in Hoensbroek bij de toen nog zo genoemde Steenberg gevoetbald. Tussen de parkeerplaats van huidige VKC complex en Schuureikenweg bevond zich een stuk lager gelegen weiland waar regelmatig jonge mannen de voetbalsport beoefenden. Dit voetballen gebeurde zonder aansluiting bij een voetbalbond waardoor het "wildvoetbal" werd genoemd. Na enkele jaren werd het voetbal onder de naam "Steenbergse Boys" voortgezet op een voetbalveld dat in de breedte schuin afliep. Dit primitieve speelveld werd aangelegd bij de toenmalige Voorstraat op de plek waar zich nu een aantal zogenaamde Limburgwoningen bevinden. Het kleedlokaal was onder de brug over de "holle weg" in de richting van de Delstraat. In juni 1944 werd er structuur aangebracht, een aantal mannen bereikte de aansluiting bij de KNVB. De voetbalclub werd officieel opgericht en was lid van de KNVB. Toen nog steeds onder de naam Steenbergse Boys.

De wijknaam werd later veranderd in Maria-Gewanden en Steenbergse Boys werd voetbalclub Tuindorp (VCT).

Na verloop van tijd vonden allerlei verschuivingen plaats en werd ook een nieuw voetbalveld aan de Zandbergweg in gebruik genomen op de plek waar nu een opleidingscentrum is gevestigd. In 1989 is VCT samengegaan met voetbalclub Kaspora.

Bron: website vkc 89


Schuilkelders in de Voorstraat

Op de Voorstraat stonden in de oorlogsjaren twee schuilkelders van hout gemaakt, ongeveer een meter in de grond gegraven daarboven een spits dakje bekleed met een soort dakleer m.b.t. het voetbalveld weet in me nog goed te herinneren dat dit verplaats is naar de Zandbergseweg op de plaats waar nu de parkeerplaats is van SRL nu Adelante. Het voetbalveld is na de oorlog aangelegd, door gevangenen die op het kasteel gevangen zaten. Met smalspoor en kiepwagentjes werd de grond verplaatst, naar de holleweg, die een stukje lager lag, ongeveer 50 mtr naast de huidige parkeerplaats. Op de plaats waar nu ons kerkje staat waren de schooltuintjes, de tuinbazen, (zo noemden we die) waren dhr. Maas en de dhr. Ingenhut die later nog tegenover de kerk woonde.

Ingezonden door: Piet Extra.


De Prico buurtwinkel

Geschiedenis4

De familie Scholten heeft lange tijd een buurtwinkel De Prico (Prins en co) gehad in de Hubertusstraat 33-35. Het was een typische buurtwinkel waar men voor bijna alles terecht kon, zelfs nadat de winkel gesloten was kon men noch vlug even achterom iets krijgen dat overdag vergeten was. 's Zondags echter kon dit niet omdat de gereformeerde vader Scholten de zondagsrust daarvoor te belangrijk vond.

Moeder Scholten is als 5 jarige in 1919 in de Ringstraat komen wonen. Zij vertelde dat de oorsprong van de naam Steenberg lag in de oude kleiafgraving langs de uitstekende heuvelpunt langs de afgebroken Goede Herderkerk. 
Of dit op waarheid berust weet de heer Scholten van wie dit bericht is niet, maar dit soort verhalen komt ergens vandaan. De Hubertusstraat begon tot de eind zestiger jaren met de Maria-Gewandenstraat ter hoogte van de Sleinadastraat. Het hele gebied waarop de Goede Herderkerk gebouwd was had steile wanden.

Bijdrage van Dhr. Rudie Scholten


Schoenmakerij en koekjesbakkerij

Op de hoek Corneliusstraat-Delstraat was een bijgebouwtje van de gereformeerde kerk De gereformeerde kerk zelf was in Treebeek. In de kerk op de Steenberg heeft een oom van dhr. Scholten tot 1954 een schoenmakerij in de consistorie gehad. Als tegenprestatie werkte hij als koster voor de kerk.

Na afbraak van de gereformeerde kerk op de Steenberg is de vader van Jack Heesen omstreeks 1974 op deze plaats in een zelf gebouwd schuurtje begonnen met het maken van heerlijke koekjes. Nadat de koekjesfabricatie op deze plaats niet meer genoeg ruimte had vertrok de fam. Heesen naar het voormalige Emmaterrein in Brunssum, waar nu op een fabrieksmatige wijze koekjes worden gebakken die in heel Europa hun aftrek vinden. De familie Heesen woonde direct naast de kerk.

Bijdrage van Dhr. Rudie Scholten


Geschiedenis Adelante volwassenenrevalidatie & arbeidsreïntegratie

Geschiedenis5

Op 26 oktober 1966 verleent de overheid goedkeuring aan de bouw van een kliniek met 132 verpleegbedden en 44 revalidatiebedden in Hoensbroek.

Al in mei 1967 worden de eerste verpleegpatiënten in de ' Stichting Lucas klinieken voor de mijnstreek ' opgenomen. De kliniek is vernoemd naar Jan Lucas Röselaers, pastoor in Hoensbroek van 1911 tot 1939. Gedurende die tijd was hij een centrale figuur die zich vol overgave heeft ingezet om van het dorp Hoensbroek iets te maken. Zo werd mede door zijn initiatieven de zorgverlening in Hoensbroek ontwikkeld.

In 1971 wordt de verpleegfunctie de kliniek afgebouwd en verkrijgt de stichting de revalidatiecentrumstatus.

In 1989 volgt een fusie met het kinderrevalidatiecentrum Franciscusoord en de mytylschool in Valkenburg aan de Geul. Adelante kinderrevalidatie, speciaal onderwijs & wonenStichting .

Bron website Adelante


Steenfabriek / Steenberg

Op de oude kaart kan men zien dat er in de buurt van de steenberg een steenfabriek is geweest. In gesprekken met voormalige buurtbewoners wordt steeds duidelijker dat er grondafgravingen op de steenberg en omgeving zijn geweest om materiaal voor de omliggende steenfabrieken te verkrijgen. Zo moet ook vroeger het terrein, waar nu de parkeerplaats van de SRL (Stichting Revalidatie Limburg) gesitueerd is, een afgravinggebied geweest zijn voor een steenfabriek in de buurt. De stenen uit deze steenfabriek moeten vervolgens weer gebruikt zijn voor de bouw van kasteel Hoensbroek.

Bijdrage Dhr. Berend Kinds


Oostenrijkse woningen

geschiedenis6

In Nederland zijn vlak na de Tweede Wereldoorlog de zogenaamde Oostenrijkse woningen gebouwd. 
Zij werden zo genoemd door hun uitzien als zijnde woningen uit Oostenrijk. Het waren geprefabriceerde woningen die in onderdelen vanuit Oostenrijk naar Nederland werden geleverd en door lokale aannemers opgebouwd. De woningen werden in snel tempo gebouwd omdat er gebrek aan woningen was voor onderwijzend personeel en de geestelijkheid. De aanvoer vond plaats via het spoor, per woning waren er twee goederenwagons nodig voor het vervoer. Het waren houten geprefabriceerde woningen die zeer snel gebouwd konden worden.

Uitgaande van reeds gemaakte fundamenten duurde het slechts een paar dagen voordat een Oostenrijkse woning was gebouwd. In Maria-Gewanden staan nog een aantal van deze woningen aan de Maria-Gewandenstraat en bij de kerk van O.L.V. Maagd der Armen, ondanks hun leeftijd zijn deze woningen nog steeds gewild door de ruime opzet van de percelen en het aangename woonklimaat in de huizen.

In het boek "Hoensbroek, een terugblik" staat een uitgebreid artikel over deze Oostenrijkse woningen.


Voormalig mijnspoor

Geschiedenis7

Vanaf de Staatsmijn Emma aan de Akerstraat in Hoensbroek was een spoorwegverbinding naar het spoorwegnet van de NS in Nuth waar een rangeerterrein was. 
Deze spoorwegverbinding, waar de vele kolentreinen gebruik van maakten, liep dwars door onze wijk en is na de ontmanteling nog goed te volgen.

Meerdere viaducten en tunnels markeerden het traject. Voor een goede verkeersgeleiding waren deze noodzakelijk. Wanneer een kolentrein langs kwam werd het verkeer in Hoensbroek bij de ook aanwezige spoorwegovergangen enige tijd stil gelegd. Door het trillen van de grond konden de bewoners langs het mijnspoor al van tevoren weten dat er een kolentrein op komst was. De was die 's maandags buiten te drogen hing werd dan vliegensvlug binnen gehaald. Deed men dat niet dan kon, na het passeren van de trein, het werk opnieuw gedaan worden.

Nu is het oude mijnspoor een groen wandelgebied dat een parkachtig karakter heeft.

Foto archief DSM


Limburgwoningen

De zogenaamde Limburgwoningen zijn karakteristiek voor Maria-Gewanden, in totaal zijn maar 36 van deze huurwoningen op de steenberg. De woningen werden mede gebouwd door mijnwerkers, wanneer de huizen klaar waren werden ze onder de mijnwerkers verloot. Van de bewoners van de Limburgwoningen wordt verwacht dat ze zelfstandig de grote tuinen die bij de woningen horen kunnen onderhouden. Wanneer men door de omgeving van deze woningen wandelt ontdekt men dat de tuinen een geheel vormen met de groene bosachtige wijk, een oase in versteende stadse omgeving.

geschiedenis8

Foto Limburgwoning Maria-Gewanden


Grubbe of holleweg

Een holleweg of Grubbe is een weg, uitgesleten of uitgegraven en daardoor (gedeeltelijk) tussen twee hellingen liggend.

In onze wijk zijn een aantal holle wegen of grubben, in de naam Jeugrubbe die ook een holle weg is vinden wij dit begrip terug. De Hermesweg /of zoals hij vroeger heette de Hermensweg was ook een holle weg die op een gegeven moment gedempt is. De Mijnlampstraat die de Mijnbouwstraat en de Houwerstraat verbindt is een typische holle weg die door woningbouw ten offer gevallen zou zijn, maar gelukkig bewaard is gebleven en geïntegreerd in de "nieuwe" buurt.


Goede Herderkerk

Van de twee kerken in Maria-Gewanden is er al een afgebroken, namelijk de Goede Herderkerk. Deze lag aan de Kastanjelaan bij het begin van de Maria-Gewandenstraat. Deze kerk werd gebruikt door de protestantse gemeente uit Maria-Gewanden. Nu is er een mooi appartementencomplex. Hieronder een foto van de Goede Herderkerk.

geschiedenis9


De katholieke kerk van de parochie O.L.V. Maagd der Armen van Maria-Gewanden

Onze Lieve Vrouw Maagd der Armen. Zo is het begonnen........
Kort na het begin van de tweede wereldoorlog in 1940 werd er een parochieretraite gegeven in de St. Jan te Hoensbroek. De oefeningen voor de buurt "Steenberg" echter hield men in het Vakantiehuis II.

In die tijd waren de woningen van Huyzerveld in aanbouw. Pastoor Lenders van de parochie St. Jan stelde voor om een aparte parochie op te richten. Op 13 september 1947 werd kapelaan Otten benoemd tot bouwpastoor en op 3 april 1948 kwam de parochie officieel tot stand. Op 26 maart 1949 ging de eerste spade de grond in voor de nieuwe kerk aan de Zandbergsweg. Op 19 juni 1949 legde Monseigneur G. Lemmens de eerste steen en in december 1949 kwam de nieuwe kerk in gebruik.

Herkomst van de naam 'Maagd der Armen'.

geschiedenis10

In 1947 is in Banneux de eerste steen gelegd voor de bouw van een basiliek en tegelijkertijd is er een levensgroot beeld van de Maagd der Armen gewijd. Dit beeld was bestemd voor de eerste kerk in Nederland die zou worden toegewijd aan Onze Lieve Vrouw van Banneux. Pastoor Otten bedacht zich niet lang en bracht het beeld op 18 juni 1949 met grote luister naar Hoensbroek, waar het nog steeds achter in de kerk staat. In de loop der jaren hebben veel mensen troost gevonden bij Moeder Maria, die zichzelf in 1933 te Banneux de "Maagd der Armen" noemde.

De kerk is onder leiding van architect H. Akkermans uit Gulpen gebouwd. De gebroeders Jacobs en Wanders waren de aannemers. De kerk heeft ongeveer 450 zitplaatsen. Er zijn heel wat kunstenaars actief geweest, met name: Harry Stump, het grote altaarkruis, Jan Lücker uit Roermond, de kruiswegstaties, Hl. Jozef, Hl. Barbara en de kerstgroep, J. Filot, de ramen boven het oksaal, voorstellende de verschijning van Maria aan Mariette Beco te Banneux, Frans van de Berg, de muurschilderingen op de achterwand van het priesterkoor, voorstellende in het linkervlak, de oorzaak van het Kruisoffer, namelijk de uitdrijving van Adam en Eva, en in het rechtervlak het gevolg van het Kruisoffer, de opneming van de zaligen in de Hemel op voorspraak van Maria.

Bijdrage Mevr. G. Ghijsen


Bijzondere straatnamen in Maria-Gewanden

Delstraat

geschiedenis11

"Achterste Del" en "In de Del"
Dit zijn de oude namen voor het gebied tussen de vroegere Pastoorskuilenweg en de Hermesweg. 
Del is een dialectische nevenvorm van dal, een komvormige laagte tussen heuvels.

Steenkoolstraat, Mijnbouwstraat, Raambouwstraat, Leesjongenstraat, etc.
Namen uit het mijnverleden van Hoensbroek.

De Deyl
Genoemd naar de voormalige sporthal "de Deyl".

Maria-Gewandenstraat
Kreeg de naam tegelijkertijd met de nieuwe naam Maria-Gewanden voor de buurt "de Steenberg". De straat heette voorheen Steenbergstraat. 
Met het bisschoppelijk besluit van 3 april 1948 werd de basis gelegd voor een nieuwe parochie met een eigen kerk onder de naam "Succursale kerk van O.L. Vrouw te Hoensbroek  Steenberg, welke naam op 1 juli 1949 gewijzigd werd in Hoensbroek  Maria-Gewanden.

De naam 'gewande', 'gewende' of 'gewend'  is afkomstig van het werkwoord 'wenden' in de betekenis van (de grond) omkeren, d.w.z. de ploeg aan het eind van het land omdraaien. Gewande betekent ook: "land dat een boer in huur heeft". Bij Sibbe-IJzeren noemde men een stuk land 'gewande'. Door assimilatie ontstond hieruit 'gewan' in de betekenis van al 't akkerland dat bij een kasteel of een grote hoeve in gebruik is. Als veldnaam komt 'gewande' voor bij Spaubeek onder 'de gewanj'. Gewende heeft de betekenis van een deel van een kamp land dat tussen twee dwarsgreppels ligt, omdat de boer daar moet 'wenden'.

Sleinadastraat
Genoemd naar S.J.P. Sleinada, een anagram voor de naam van pastoor Arnold Daniels uit Schaesberg. Wanneer "Sleinada" omgedraaid wordt verschijnt de naam A. Daniels. 

Oude Kapelaniestraat
Genoemd naar de voormalige kapelanie in de Hoofdstraat, het huis met de trappen, dat nadat er een kapelanie in is geweest voor vele doeleinden is gebruikt. De oude kapelanie was gelegen tussen de later aangelegde Juliana Bernhardlaan en de Molenbeek. Daar woonde tot in de Franse Revolutie de slotkapelaan van het kasteel. Tussen de Molenbeek en het gebouw lagen eeuwenlang visvijvers, die door de Molenbeek van water werden voorzien.De opbrengst van de verkochte vis gold als extra inkomen van de slotkapelaan. De oude kapelanie moest in verband met mijnschade worden afgebroken. De Oude Kapelaniestraat verbindt de Hoofdstraat met de Juliana Bernhardlaan.

Zandbergsweg, Zandstraat, Steenbergstraat.
De naam ‘Sandbergsweg’ leidde naar een zandberg, waar sinds mensenheugenis zand werd afgegraven.

Teunisstraat
Sint-Antoniusverering

geschiedenis12

In het agrarische Hoensbroek ontstond in de late middeleeuwen een devotie tot St.-Antonius Abt. Sinds de 19e eeuw togen op zijn feestdag, 17 januari, de boeren van Hoensbroek en omgeving naar de parochiekerk om de veeheilige te vereren. 
Brood en water werd meegenomen en tijdens de mis gezegend. De verering van Antonius Abt gaat in Hoensbroek terug tot 1405. Toen werden er twee altaren opgericht, waarvan een was toegewijd aan de vier HH. Maarschalken: Antonius Abt, Cornelius, Hubertus en Quirinus. Het is niet geheel duidelijk of dit altaar toen in de parochiekerk van Hoensbroek stond of in de slotkapel van het kasteel.

Evenmin is bekend of Antonius Abt tussen de 15e en 19e eeuw ook al op een bedevaartgebonden wijze in Hoensbroek werd vereerd. Met zekerheid sinds de 19e eeuw trokken op de feestdag van de H. Antonius, 17 januari, de boeren uit Hoensbroek en omgeving - zegslieden noemen plaatsen als Heerlen, Heerlerheide, Brunssum, Waubach, Sibbe naar de parochiekerk.

In 1890 bevond het Antoniusbeeld zich in de pastorie. Tot 1906 ging de bedevaart naar de middeleeuwse St.-Janskerk en na 1906 naar de grote neogotische kerk. Het beeld van de heilige stond dan, versierd met bloemen, opgesteld voor het altaar. De boeren namen brood en water mee naar de kerk, dat tijdens de mis gezegend werd. De gezegende broden werden gevoerd aan het vee om het te behoeden tegen veeziekten.

Naar het schijnt was er ook gezegend zand, dat in de stallen gestrooid werd. Op 17 januari was tevens de 'Sint-Theuniskirmis' in Hoensbroek. De hengstenhouders kwamen naar de kermis om hun dekhengsten te tonen. De volkskundevragenlijst van 1959 vermeldt pelgrims uit Amstenrade, Wijnandsrade, Hulsberg, Klimmen, Heerlen en Heerlerheide. - In de loop van de 20e eeuw verdween het agrarisch karakter van Hoensbroek onder invloed van de mijnindustrie en verliep de verstedelijking snel. Naarmate er minder boeren waren, nam ook de devotie af. In de jaren zestig werden de speciale mis en de zegening van de broden afgeschaft. Aan de toch al tanende bedevaart naar St.-Antonius Abt kwam hiermee de facto een einde.

Wingerdweg
Een wingerd is een wijnstok of druivenboom. In de Middeleeuwen is in Zuid Limburg op vele plaatsen wijn verbouwd. Dat is ook gebeurd op de hellingen van de Schurenberg. In een pachtcontract van 1463 behoudt zich de heer van Hoensbroek het recht voor om zijn wijngaard aldaar te mogen uitbreiden.

Piet Stalmeierstraat
Vernoemd naar Piet Stalmeier die geruime tijd in onze wijk gewoond en gewerkt heeft. Hij was een groot musicus die leefde van 10 juli 1912 tot 2 september 1990.

geschiedenis13

Piet Stalmeier werd in 1912 in Denekamp (Ov.) geboren. In 1919 verhuisde het gezin Stalmeier naar Treebeek. Zijn eerste muzieklessen kreeg hij van zijn vader Marinus, die klarinet speelde in het harmonieorkest van de Staatsmijn Emma en ook een goed pianist was.

Vader Stalmeier was nog maar net in Limburg, of hij werd al gevraagd om orgel te spelen in de kerk van de paters in Treebeek. Zoon Piet ging op elfjarige leeftijd zijn vader als organist vervangen. Hij bleef daar organist tot 1936. Hij studeerde zes jaar aan de Heerlense muziekschool en rondde zijn opleiding af aan het Conservatoire Royal in Luik. Hij behaalde hier een gouden medaille voor kamermuziek en een gouden medaille en de prix d’excellence voor piano. Zijn opleiding voltooide hij met directielessen bij Henri Hermans en Eduard Flipse.

Piet, die meer bekend is onder zijn populaire naam ‘Peep’, werd op drieëntwintigjarige leeftijd dirigent van het mijnkoor van de Laura, van het Simpelveldse St.-Davidkoor en het Rumpens Mannenkoor. In 1940 werd hij bovendien dirigent van de harmoniekorpsen van de Staatsmijn Maurits en de chemische bedrijven van de Staatsmijnen. Van 1937 tot 1981 was hij  organist in de rectoraatskerk van Mariarade en dirigent van het kerkkoor aldaar. Aan huis gaf hij aan particulieren  muzieklessen.

Kort na de oorlog, in 1945, werd hij benoemd tot directeur van de muziekschool van Hoensbroek. Zijn drukke  werkzaamheden beletten hem echter niet zich met het componeren bezig te houden van koorwerken, van missen en met het schrijven van veel arrangementen van orkestwerken voor blaasorkesten. Zijn werken stonden op het repertoire van fanfares en harmonieën in binnen- en buitenland. Veel Limburgse muziekkorpsen heeft Stalmeier aan een eerste prijs  geholpen door kort voor het concours in enkele repetities nog de finishing touch aan te brengen.

Als expert op het gebied  van harmonie- en fanfare­muziek had hij ook zitting in de muziekcommissie van de Koninklijke Nederlandse Federatie van Harmoniegezelschappen en Fanfares. In de zomer was hij bijna iedere zaterdagmiddag en zondag onderweg als jurylid bij concoursen.

Zijn hoofdtaak, de directie van de Hoensbroekse muziekschool, zag hij als zijn levenswerk. In 1955 steeg het aantal leerlingen boven de vijfhonderd, vier jaar later zat het aantal al tegen de achthonderd aan. Alle instrumenten kon men er leren bespelen. Zijn onvermoeibare inzet voor het muziekleven in Limburg vond veel waardering. In 1965 vierde Stalmeier  zijn vijfentwintigjarig jubileum als dirigent van de harmonie­korpsen van de Staatsmijn Maurits en de chemische bedrijven van de Staatsmijnen. Bij deze gelegenheid kreeg hij de speld met gouden koeltorens uitgereikt, een onderscheiding die anders  nooit aan niet-personeelsleden werd uitgereikt. De voorzitter van de harmoniekorpsen spelde de dirigent daarna het zilveren verenigingsinsigne op. In hetzelfde jaar werden de harmonieorkesten van de staatsmijnen Maurits, Emma en Wilhelmina en de chemische bedrijven samengevoegd tot het Harmonieorkest van de Staatsmijnen. Per 1 januari 1966 werd Piet Stalmeier dirigent van dat nieuwe harmonieorkest.

In 1970 was hij vijfentwintig jaar directeur van de muziek­school in Hoens­broek, een jubi­leum dat met een groot feest en een drukke receptie werd gevierd. In 1972 - hij was toen 60 jaar - nam Stalmeier afscheid als directeur van de muziekschool. In datzelfde jaar werd hij docent Algemene Vakken aan het conservatorium te Maastricht. Tevens was hij acht uur als docent verbonden aan het conservatorium te Tilburg. Aan de Hoensbroekse muziekschool bleef hij verbonden als leraar van de basisklas.

In 1974 kreeg hij voor zijn grote verdiensten voor de kerk­mu­ziek als componist en dirigent de pauselijke onderscheiding Pro Ecclesia et Pontifice opgespeld. Hij ontving in 1981 de zilveren legpenning van de gemeente Hoensbroek. In 1985 werd hij bekroond met de prijs van de Nederlandse Blaasmuziek en met de Gouden Speld met Twee Briljanten, de hoogste onderscheiding van de Limburgse Muziekbond. Bij zijn vijfenzeventigste verjaardag in 1987 werd hij geëerd met een huldigingconcert in het Wijngrachttheater in Kerkrade.Piet Stalmeier was een sympathiek en innemend man, die een amicale sfeer even belangrijk vond als muzikale prestaties. Hij voelde zich daarom erg aangetrokken tot de amateuristische muziekbeoefening.

Ondanks zijn muzikale veelzijdigheid bleef hij een bescheiden man. Zijn liefde voor de muziek wist hij ook op zijn kinderen over te dragen. Tot zijn dood bleef hij actief als arrangeur, componist en jurylid. Op 2 september 1990 is hij op 78-jarige leeftijd in Wenen overleden.

Bron: Rijckheyt Heerlen.